Hoeveel extra tijd kost het een verpleegkundige om hoofdhuidkoeling toe te passen?

Na enige ervaring ongeveer 10-20 minuten per koeling.

Back to Index

Kan hoofdhuidkoeling ook toegepast worden bij lymfomen en bij leukemie?

Lymfomen
Bij Hodgkin stadium 1 en 2 is hoofdhuidkoeling ook in de curatieve setting verantwoord.
Bij uitgebreider stadia Hodgkin en alle Non-Hodgkin Lymfomen is het in de curatieve setting gezien de hematogene verspreiding dubieus.

Leukemie
Bij leukemie wordt het toepassen van hoofdhuidkoeling afgeraden.


Back to Index

Gebruik je één koelkap per patiënt?

Indien een systeem gebruikt wordt waarbij de kap door een machine gekoeld wordt, zoals in Nederland gebruikelijk is, gebruik je inderdaad 1 kap per patient. Indien kappen gebruikt worden die in een diepvries gekoeld worden en steeds verwisseld moeten worden, heb je meerdere kappen nodig. Het aantal kappen is dan afhankelijk van de infuusduur.

Back to Index

Heeft hoofdhuidkoeling nog zin als de chemotherapie en daarbij haaruitval reeds begonnen is?

Er is geen praktijkervaring met het starten met koelen wanneer de chemotherapie al gestart is.
Ook uit onderzoek is niet bekend hoe groot de invloed is van direct voorafgaande kuren op haaruitval van een kuur waarbij gekoeld wordt.

In theorie zou men verwachten dat indien alsnog met koeling gestart zou worden, verdere haaruitval beperkt zal blijven.
Indien al in meerdere mate haaruitval heeft plaats gevonden, zou het enige voordeel van koeling kunnen zijn dat minder lang een pruik (of andere hoofdbedekking) gedragen hoeft te worden.


Back to Index

Moet erg dik haar uitgedund worden vóór het starten van hoofdhuidkoeling? (Proefschrift Janssen)

Aanbevolen wordt dit enkel te adviseren bij patiënten met een erg dikke haar(lucht)laag.

Toelichting antwoord: Uit het onderzoek van Janssen blijkt dat de dikte van de haar(lucht)laag één van de belangrijkste factoren is voor de warmtegeleiding. Dit bevestigt het grote belang van een goede aansluiting van de koelkap op het hoofd. Immers wanneer de aansluiting niet goed is heeft men als het ware een abnormaal dikke haar(lucht)laag met als gevolg onvoldoende afname van de temperatuur en doorbloeding.

Theoretisch is er dus een goed argument om de dikte van de haarlaag te verminderen door uitdunnen of verkorten van de haren om te trachten lagere temperatuur van de hoofdhuid te bereiken. Echter evenals voor nat maken of het gebruik van haarconditioner geldt ook hier dat niet is aangetoond dat dit ook tot een beter haarbehoud leidt.

Een dergelijk advies aan patiënten dient dan ook niet routinematig te gebeuren. Het is immers goed mogelijk dat ondanks een dikke haar(lucht)laag toch de nog steeds niet goed bekende optimale temperatuur van de hoofdhuid wél bereikt wordt.


Back to Index

Moet het haar nat gemaakt worden?

Er zijn nog altijd geen aanwijzingen dat nat maken van het haar bij hoofdhuidkoeling tot een beter resultaat leidt van haarbehoud,
hoewel wel duidelijk was dat dit tot een iets lagere temperatuur van de hoofdhuid leidde. Onderzoek toont aan dat enkel bij AC chemotherapie (adriamycine/doxorubicine gecombineerd met cyclofosfamide) het nat maken van het haar zorgt voor meer haarbehoud. Voor de andere soorten chemotherapie is geen verschil gevonden.


Back to Index

Is hoofdhuidkoeling bij een hogere dosis chemotherapie zinvol? (Proefschrift Janssen)

Bij toename van de dosis cytostatica zijn de resultaten van hoofdhuidkoeling minder,
maar het effect van koeling zal voor iedere (combinatie) van cytostatica in diverse
doseringen door klinisch onderzoek bepaald moeten worden.


Back to Index

Wat is de optimale koeltemperatuur? (Proefschrift Janssen)

Zolang we niet in staat zijn op een eenvoudige manier bij patiënten de temperatuur van de hoofdhuid tijdens hoofdhuidkoeling te meten zal deze vraag onbeantwoord blijven.


Back to Index

Hoe lang is de nakoeltijd?

We houden voor bijna alle kuren als nakoeltijd 90 minuten aan.
Dit is vrij arbitrair en gebaseerd op het gemiddelde van de tijden die gebruikelijk zijn in vele studies.
De duur van de nakoeltijd is belangrijk zowel voor de patiënt als voor de logistiek op de dagbehandeling.
Het is tot nu toe alleen goed uitgezocht door 2 Nederlandse onderzoeksgroepen voor docetaxel (Komen 2016)
en voor taxol (Lugtenberg 2021).
Voor die 2 kuren bleek 20 minuten nakoeling voldoende.


Back to Index

Waarom wordt in onderzoek enkel gebruik gemaakt van een subjectieve score voor haaruitval?

Er is door de onderzoeksgroep eerder geprobeerd om een meer objectieve maat voor haaruitval te ontwikkelen: het maken van foto’s en het tellen van het aantal haren op een bepaald oppervlak, maar deze methoden bleken onvoldoende toepasbaar in de praktijk.

Er wordt nu onderzocht of gebruik van een trichometer uitkomst biedt.

Graag willen we hierbij wel vermelden dat wij vinden dat de (subjectieve) mening van de patiënt de belangrijkste maat is om haaruitval te evalueren.

Er zijn patiënten die nauwelijks haar verliezen, maar dit dermate ernstig vinden dat zij toch een pruik gaan dragen. Hier tegenover staat dat er patiënten zijn die, volgens anderen, bijna kaal zijn, maar zelf tevreden zijn met het resultaat en geen pruik gaan dragen. Dat is de keuze van de patiënt!


Back to Index

Hoeveel ruimte heb je nodig voor een koelmachine?

Weinig, nog geen vierkante meter. (Zie de foto onder ‘hoe toegepast’.)

Back to Index

Hoe introduceer ik hoofdhuidkoeling in mijn ziekenhuis?

Implementatie van hoofdhuidkoeling
Wanneer in een ziekenhuis gestart gaat worden met het aanbieden van hoofdhuidkoeling, dienen meerdere zaken geregeld te worden. Er is een implementatieplan geschreven om u op weg te helpen bij de invoering van hoofdhuidkoeling. Implementatieplan.


Back to Index

Brengt hoofdhuidkoeling risico’s met zich mee?

Brengt hoofdhuidkoeling risico’s met zich mee voor het ziekteverloop?

Wanneer over hoofdhuidkoeling gesproken wordt, komt regelmatig het onderwerp hoofdhuidmetastasen (uitzaaiingen in de hoofdhuid) aan bod.
Theoretisch gezien, bestaat er het risico dat eventuele mini-uitzaaiingen in de hoofdhuid beschermd worden door hoofdhuidkoeling.

 

 

Hoe ontstaat dit risico?

Door hoofdhuidkoeling is de hoeveelheid chemotherapie die in de hoofdhuid terecht komt verminderd. Hierdoor bestaat er een kans dat tumorcellen die zich al in de hoofdhuid bevinden minder goed ‘aangepakt’ worden door de chemotherapie dan tumorcellen buiten de hoofdhuid (waar niet gekoeld wordt).

Het is echter niet zo dat de chemotherapie zijn werk helemaal niet meer doet in de hoofdhuid als er gekoeld wordt. Anders zou immers ook helemaal geen haaruitval meer optreden. Bovendien zien we wel eens dat een zichtbare uitzaaiing in de hoofdhuid kleiner wordt na behandeling met chemotherapie ondanks hoofdhuidkoeling. Ondanks hoofdhuidkoeling, komt er dus altijd nog een deel van de chemotherapie in de hoofdhuid terecht.

 

Wat is er bekend over dit risico?

De aanname dat het risico van hoofdhuidkoeling bij borstkanker zeer gering is, baseren wij op het volgende:

 

1) Er is nog nooit beschreven dat een patiënt die aanvullend (adjuvant) behandeld werd met chemotherapie én hoofdhuidkoeling, in een later stadium uitzaaiingen kreeg, waarvan het allereerste teken van uitzaaiing zich bevond op dat gedeelte van het hoofd dat blootgesteld was aan koeling. Met andere woorden: het allereerste teken van uitzaaiing bevond zich altijd op een andere plek in het lichaam dan op de hoofdhuid. Uitzaaiingen in de hoofdhuid bleken slechts voor te komen in combinatie met uitzaaiingen elders in het lichaam. Dit is van belang, omdat in deze gevallen de uitzaaiing in de hoofdhuid niet meer de bepalende factor is voor een slechter ziekteverloop.

 

2) In de literatuur zijn geen aanwijzingen gevonden voor een ongunstiger ziekteverloop door hoofdhuidkoeling bij borstkanker

Er is een literatuuronderzoek uitgevoerd waarbij 58 studies naar hoofdhuidkoeling zijn bestudeerd. In 24 van de 58 studies werd iets gezegd over hoofdhuidmetastasen. In 16 daarvan werden geen hoofdhuidmetastasen gevonden. In de overige 8 studies werden wel hoofdhuidmetastasen gevonden, en wel bij in totaal 11 patiënten.

Van deze 11 patiënten….

–          hadden 2 een vorm van kanker waarbij hoofdhuidkoeling niet toegepast mag worden (bijvoorbeeld lymfeklierkanker of bloedkanker). Deze 2 patiënten hebben dus hoofdhuidkoeling gekregen terwijl ze er niet voor in aanmerking kwamen

–          hadden 7 patiënten uitzaaiingen in de hoofdhuid in combinatie met uitzaaiingen elders in het lichaam

–          hadden 2 patiënten al een uitzaaiing in de hoofdhuid vóór de start van de chemotherapie. Deze patiënten hebben toch hoofdhuidkoeling gekregen, omdat ze dat heel erg graag wilden. Bij die twee patiënten is echter gezien dat ondanks hoofdhuidkoeling, de uitzaaiing op de hoofdhuid kleiner werd. Deze bevindingen geven aan dat er ondanks toepassing van hoofdhuidkoeling wel degelijk nog chemotherapie in de hoofdhuid terecht komt. De 2 betreffende patiënten kwamen uit verschillende literatuur en zijn onafhankelijk van elkaar beschreven

 

 

3) Een groep van 28.000 borstkankerpatiënten afkomstig uit de kankerregistratie in München is gevolgd in de tijd (gemiddeld iets minder dan 5 jaar). Deze patiënten hadden op het moment van diagnose geen uitzaaiingen. In de loop der tijd bleek dat 6200 patiënten metastasen hadden gekregen. Onder hen hadden 150 patiënten alléén een huidmetastase ontwikkeld. Huiduitzaaiingen bij borstkanker komen in 65-75% van de gevallen op de romp voor, en dan vooral rondom het litteken. De overige 25% is verdeeld over andere lichaamsdelen. Hiervan blijft slechts een klein percentage over van uitzaaiingen op de hoofdhuid.

De reden dat dit onderzoek is uitgevoerd bij borstkankerpatiënten uit de kankerregistratie in München is dart de Nederlandse Kankerregistratie niet vastlegt waar huidmetastasen zich in het lichaam bevinden.

 

4) In Nederland is een onderzoek uitgevoerd bij een groep van 885 hoogrisico-borstkankerpatiënten. Een patiënt werd hier als hoogrisico gezien als er bij de diagnose uitzaaiingen waren in 4 of meer lymfeklieren. Alle 885 patiënten worden gevolgd tot aan het overlijden. Van deze groep bleken 25 patiënten een huidmetastase ontwikkeld te hebben. Van deze 25 patiënten zijn de dossiers nagekeken en hieruit bleek dat 4 van deze patiënten een uitzaaiing op de hoofdhuid hadden. In alle 4 de gevallen kwam de uitzaaiing in de hoofdhuid echter voor samen met uitzaaiingen elders in het lichaam.

 

5) Uit de twee onderzoeken beschreven bij punt 3 en 4 kan geconcludeerd worden dat zonder hoofdhuidkoeling minder dan 1% van de borstkankerpatiënten een hoofdhuidmetastase heeft/ontwikkeld.

 

6) In Nederland is een onderzoek gedaan bij 400 patiënten die hoofdhuidkoeling hebben gehad. De dossiers van al deze patiënten zijn nagekeken tot twee jaar nadat de patiënten klaar waren met hun behandeling. Er bleken 3 patiënten te zijn die in deze tijd een hoofdhuidmetastase hadden ontwikkeld. Van deze 3 patiënten had 1 patiënt de uitzaaiing in de hoofdhuid al vóór start van de chemotherapie, en 2 patiënten hadden de uitzaaiing op de hoofdhuid in combinatie met uitzaaiingen elders in het lichaam.

 

7) Artsen in het buitenland hebben ook onderzoek gedaan naar het risico van uitzaaiingen in de hoofdhuid bij hoofdhuidkoeling. Zij concludeerden dat hoofdhuidkoeling geen verhoogd risico geeft op uitzaaiingen op de huid, schedel of in de hersenen, en dat als er uitzaaiingen in de hoofdhuid zijn, deze altijd voorkomen in combinatie met uitzaaiingen elders in het lichaam.

 

 

Het blijft echter moeilijk om het risico van hoofdhuidkoeling nauwkeurig te onderzoeken  daar het risico op uitzaaiingen in de hoofdhuid zonder hoofdhuidkoeling, zoals hierboven beschreven al erg klein is. Om de omvang van het risico aan te tonen is een hele grote groep patiënten nodig die heel lang gevolgd moet worden (bij borstkanker kan het voorkomen dat iemand 15 jaar lang ziektevrij is en dan pas een eerste uitzaaiing krijgt). Dit onderzoek is van dusdanige omvang dat het uitvoeren ervan moeilijk maakt.

 

Op basis van bovenstaande punten baseren wij onze mening dat bij borstkanker uitzaaiingen in de hoofdhuid slechts zelden voorkomen. In gevallen dat er een uitzaaiing in de hoofdhuid was, waren er ook altijd uitzaaiingen elders in het lichaam. Er is naar onze mening geen enkele aanwijzing dat hoofdhuidkoeling de kans op uitzaaiingen in de hoofdhuid vergroot, maar 100% zekerheid is er niet. 

 

Van andere tumoren dan borstkanker zijn veel minder gegevens over uitzaaiingen in de hoofdhuid bekend en valt niets te zeggen over een eventueel risico van hoofdhuidkoeling.

 

Hoe denken de artsen erover?

De meeste artsen vinden het risico zo gering dat zij bij borstkanker indien er een aanvullende (adjuvante) chemotherapie gegeven wordt hoofdhuidkoeling wel willen toepassen, mits de patiënt voor het nemen van de beslissing goed geïnformeerd is.

In Nederland wordt hoofdhuidkoeling in 9 van de 46 ziekenhuizen (die de mogelijkheid van hoofdhuidkoeling bieden) alleen toegepast bij patiënten die behandeld worden met chemotherapie om de kwaliteit van leven te verbeteren, wanneer zij niet meer te genezen zijn (palliatieve setting). In alle overige ziekenhuizen wordt hoofdhuidkoeling ook toegepast bij patiënten die chemotherapie krijgen als aanvullende behandeling (adjuvante setting).


Back to Index

Welke patiënten bied ik hoofdhuidkoeling aan?

Aan iedereen die er voor in aanmerking komt, ongeacht geslacht, leeftijd of etnische achtergrond!

 

In onze studies is de jongste patiënt 18 jaar en de oudste 89 jaar. In de docetaxelstudie, waarin 180 patiënten werden geïncludeerd, was 1/3 van de patiënten man!

 

Naar onze mening bepalen zorgverleners te vaak ten onrechte vanuit eigen normen en waarden of hoofdhuidkoeling een meerwaarde zou kunnen hebben voor de patiënt. Wij pleiten voor juiste en volledige voorlichting over hoofdhuidkoeling, waarna de keuze aan de patiënt zelf wordt overgelaten.


Back to Index

Wie komt er voor hoofdhuidkoeling in aanmerking?

Hoofdhuidkoeling kan aangeboden worden bij solide tumoren die behandeld worden met een chemotherapie die (ernstige) haaruitval veroorzaakt.

Er zijn enkele contra-indicaties:

– kaalheid (voor aanvang van de chemotherapie)

– hematologische maligniteiten met gegeneraliseerde hematogene metastasen (bijvoorbeeld lymfoom, leukemie of multiple myeloom) in de curatieve setting

– koude allergie, koude agglutininenziekte, cryoglobulinemie of cryofibrinogenemie

– koude post-traumatische dystrofie

– melanoom

 

Verder biedt een klein aantal ziekenhuizen hoofdhuidkoeling niet aan in de adjuvante setting.

In de palliatieve setting kan altijd hoofdhuidkoeling aangeboden worden!


Back to Index

Hoe vind ik de juiste maat koelkap?

Het is vaak lastig om de koelkap goed op het hoofd van de patiënt te bevestigen. Geen hoofd is hetzelfde en de koelkappen zijn stug. Het is heel belangrijk dat de koelkap overal goed op het hoofd aansluit. Als dat niet het geval is, bestaat er kans op haaruitval, met name op de kruin. Het kinbandje moet strak worden aangetrokken (maar niet té strak!) en het liefst voor op de kin zitten. 

Kijk na het opzetten van de kap goed na of er ruimte ‘over is’ op de kruin, en vul deze indien nodig op met wat gaasjes.

In sommige gevallen is het raadzaam om een rode overkap over de blauwe onderkap te zetten om op die manier de kap beter aan te laten sluiten. 

 

Het advies is om bij elke patiënt minstens 2 koelkappen te passen, te vergelijken en daarna te besluiten welke kap het meest geschikt is.

 

Enkele tips bij het opzetten van de koelkap, en het controleren van de aansluiting ervan op het hoofd tijdens de hoofdhuidkoeling:

– Het is beter om niet te liggen tijdens de hoofdhuidkoeling, hierdoor schuift de kap omhoog

– Het is erg belangrijk dat de koelkap goed aansluit op de kruin (bovenop).

– Vaak schuift de koelkap tijdens de hoofdhuidkoeling een klein beetje omhoog. Het is raadzaam om de patiënt er op te wijzen regelmatig met de hand (zonder infuus!) even de koelkap aan te duwen, om er zeker van te zijn dat deze bovenop het hoofd nog goed aansluit.

– Zorg ervoor dat de kap aan de voorkant ter hoogte van de haarlijn zit; dus naar achteren gekanteld en zo min mogelijk over het voorhoofd. Als de koelkap toch over het voorhoofd komt, gebruik dan een gaasje tussen de koelkap en het hoofd om hoofdpijn te voorkomen. Let er ook op dat de koelkap bij het voorhoofd niet te strak zit.


Back to Index

Wanneer adviseer ik de patiënt te stoppen met hoofdhuidkoeling?

Bij tegenvallende resultaten van hoofdhuidkoeling wordt meestal pas besloten tot stoppen met koelen als de verpleegkundige bij controle echt een pluk haar kan uittrekken. Diffuus licht haaruitval is geen indicatie tot stoppen. Aangeraden wordt in ieder geval te wachten met de beslissing over het wel of niet doorgaan met hoofdhuidkoeling tot ná de tweede behandeling.


Back to Index

Hoe voorkom ik ijsvorming op de kap?

Vóór de start van hoofdhuidkoeling:

-Indien tijdens het voorbereiden van de koeling de pomp aangezet wordt om de kap alvast te koelen, is het handig om een handdoek in de kap te doen om rijp aan de binnenkant te voorkomen. Dit zorgt er eveneens voor dat de haren aan het eind van de nakoelingstijd minder vastplakken aan de kap. Let wel: enige ijsvorming blijft waarschijnlijk bestaan.

 

Indien er na afloop van de hoofdhuidkoeling enige ijsvorming is, wacht dan even (5-10 minuten) met het afzetten van de koelkap. Zo wordt voorkomen dat de haren blijven vastplakken aan de koelkap.


Back to Index

Wat kan ik doen als patiënten de koelkap bij de start van de hoofdhuidkoeling te koud vinden?

– Sommige patiënten vinden het onprettig om de koelkap koud op het hoofd te krijgen. Bij deze patiënten kan de kap opgezet worden vóórdat de pomp van het koelapparaat aangezet wordt. Het voordeel voor de patiënt is dat de temperatuur van de hoofdhuid langzaam afkoelt, het nadeel is echter dat de patiënt langer onder de kap dient te zitten. Let op: het koelapparaat moet op de juiste temperatuur zijn vóórdat de voorkoelingstijd (30 minuten) ingaat, dit neemt ongeveer 15 minuten in beslag. Indien de kap ‘warm’ wordt opgezet is de totale voorkoeltijd dus 45 minuten in plaats van 30 minuten.

– voordeel: als de koelkap warm op het hoofd wordt geplaatst, is deze minder stug en sluit beter aan op het hoofd.

– nadeel: als de koelkap warm op het hoofd wordt geplaatst, voelt de patiënt veel minder goed of deze goed aansluit op hoofd op het moment dat er druk gezet wordt boven op de kap.


Back to Index

De kinband is niet hygiënisch?

Leg altijd een verbandje/gaasje tussen de huid en de kinband.


Back to Index

Hoe bescherm ik onbedekte stukjes (hoofd)huid?

Soms heeft een patiënt een kale plek op het hoofd, raakt de koelkap de (punten) van de oorschelp of reikt de koelkap ver over het voorhoofd. In dat geval wordt aangeraden om de blote stukken huid te bedekken met een gaasje. Indien dit niet gedaan wordt zal er geen bevriezing optreden, maar een gaasje helpt bij het verminderen van het ongemak van de koude voor de patiënt.


Back to Index

Heeft het zin om bepaalde haarbeschermende producten te gebruiken bij chemotherapie (al dan niet in combinatie met hoofdhuidkoeling)?

Zorgt het gebruik van bijvoorbeeld Nioxin voor minder haaruitval en snellere teruggroei van het haar bij chemotherapie?

Deze vraag werd gesteld n.a.v. enkele positieve indrukken van haarwerkers en kappers over deze producten. Het product Nioxin zou het haar ‘beschermen en activeren’ en zorgen voor snellere teruggroei van het haar. Dit is echter slechts gebaseerd op enkele indrukken, en is nooit onderzocht.

Er is geen wetenschappelijk onderzoek bekend waarin de beloofde werking van Nioxin is aangetoond. De fabrikant en importeur van Nioxin konden ook geen wetenschappelijk bewijs aanvoeren voor de beloofde werking van hun product.

Uit bovenstaande kan geconcludeerd worden dat de vraag niet beantwoord kan worden.

 

In maart 2010 antwoordde Professor Bernard Cohen, dermatoloog in universiteitsziekenhuis van Miami, ons dat Nioxin beslist niet van waarde was bij haaruitval als gevolg van chemotherapie.


Back to Index

Hoe wordt het resultaat van hoofdhuidkoeling beoordeeld in studies?

Vraag verpleegkundige:

‘In hoofdhuidkoelingstudies wordt het wel of niet slagen toch uitgedrukt in het al dan niet dragen van een pruik of hoofdbedekking? Wij zagen twee patiëntes die hoofdhuidkoeling kregen bij FEC. Beiden waren bij de tweede kuur zeer teleurgesteld over het haarverlies en schaften een pruik aan die ze soms buitenshuis droegen. Beide patiënten gingen echter wel door met hoofdhuidkoeling, en waren uiteindelijk blij dat ze hadden doorgezet. Inmiddels groeit het haar weer en hebben ze sneller hun eigen kapsel terug. Is het resultaat van hoofdhuidkoeling bij deze dames nu geslaagd of niet geslaagd? Volgens het  criterium van wel/geen pruik zou het resultaat niet geslaagd zijn, terwijl ze dit zelf heel anders ervaren.’

Antwoord:

 

Volgens de criteria vallen deze patiënten inderdaad onder niet-geslaagd, omdat het eindpunt wel/geen pruik is. Dit geeft het beste de tevredenheid van de patiënt weer. Patient gerapporteerde mate van haaruitval is minder geschikt aangezien sommige patiënten na minimaal haaruitval een hoofdbedekking gaan dragen en andere patiënten zeer veel haar verliezen, maar tevreden zijn met de haardracht. Blijkbaar waren beide hierboven genoemde patiënten niet dusdanig tevreden met het haarbehoud dat zij nooit een pruik of hoofdbedekking droegen.

Recent is er een methode, cross sectie trichometrie, beschikbaar gekomen om het resultaat van hoofdhuidkoeling objectief te beoordelen. De toepassing van deze methode zal echter beperkt blijven tot
onderzoek, en zal niet in de dagelijkse praktijk gehanteerd worden om het resultaat van hoofdhuidkoeling te beoordelen, omdat deze methode (nog) te arbeidsintensief is.


Back to Index